Armlift

Met het ouder worden, verliest de huid haar elasticiteit. Dit kan soms ook na extreem vermageren of zelfs na een zwangerschap. Het gevolg is  overtollige en verslapte huid aan de achterkant van de bovenarm en dijen. Sporten kan de armen dijen er weer steviger doen uitzien, maar de verslapping van de huid zal hierdoor niet verbeteren.

Armlift

Meestal is de enige oplossing de overtollige huid weg te nemen en een liftend effect te creëren ter hoogte van de resterende huid. Soms wordt eerst een liposuctie verricht. De ingreep gebeurt onder een algemene verdoving. Bij een echte armlift loopt het litteken  van de oksel tot aan de elleboog en bevindt zich aan de binnenkant van de bovenarm.  Bij een mini-armlift wordt een croissant-vormige hoeveelheid huid weggesneden en blijft het litteken beperkt tot de oksel.  Het effect  is natuurlijk wel minder als bij de echte armlift. Met onderhuidse draad wordt de wond gesloten. Vaak blijft er een drain ( een dun buisje om eventuele bloedstolseltjes en wondvocht te verwijderen) gedurende 1 dag.

Er is weinig postoperatieve pijn. De wond moet goed schoon gehouden worden (douche, onsmetting) gezien de oksel vaak wondproblemen geeft (door zweet en de voortdurende beweging). 

Dit is een ingreep waar veel vraag naar is maar waarbij veel patiënten afhaken als ze horen over de littekens. De littekens vervagen maar blijven toch zichtbaar op de arm.

Het verwijderen van overtollige huid en onderhuids (vet)weefsel vindt meestal plaats onder algehele narcose. Afhankelijk van de grootte van de ingreep, mag je enkele uren na de operatie weer naar huis of blijf je een nacht in de kliniek.

Vlak voor de operatie tekent de plastisch chirurg het huiddeel af dat weggenomen moet worden. Vervolgens dunt de chirurg soms eerst het betreffende gebied uit met liposuctie, waarna hij met een grote snee de resterende overtollige huid losmaakt en verwijdert. Resterend onderhuids vetweefsel dat niet met de liposuctie is verwijderd, wordt hierin meegenomen. Tot slot wordt de wond inwendig gehecht met oplosbare hechtingen.

Bij verwijdering van huid en weefsel van je arm of been, zal de plastisch chirurg - als dit mogelijk is - de snede aan de binnenkant van je arm of been maken. Het litteken is altijd net zo groot als de lengte van het te behandelen gebied. In de wond wordt tijdens de operatie meestal een slangetje (drain) achtergelaten, waaraan een vacuümflesje hangt om overtollig bloed en wondvocht af te zuigen. De wonden worden afgeplakt met witte papieren pleisters. Mogelijk krijg je hier overheen nog speciale steunende kleding.